Zo voel je je als je in de kroeg op een kutplek komt te zitten

Gezellig! Je gaat met wat vrienden drinken en eten in een café. Helaas heb je problemen met het op slot zetten van je fiets waardoor je als laatste binnenkomt, of maak je de domme beslissing om voordat je gaat zitten eerst even naar de wc te gaan. Dit kan maar één ding betekenen: vanavond zit jij in de dode hoek.

Aan je ene zijde bevindt zich een muur of de ingang naar de wc, dus vanaf die kant hoef je vanavond niet op veel aanspraak te rekenen. Aan de andere kant zit een vriend. Nou ja, eigenlijk is het meer een kennis. Van alle mensen aan tafel vind je deze persoon het minst leuk, geef je toe aan jezelf. Jullie maken een paar beleefdheidsgrapjes, praten wat over zijn slaapverwekkende baan en vragen elkaar of jullie naar Lowlands gaan, terwijl je in je ooghoek ziet hoe je vrienden in het midden van de tafel een geanimeerd gesprek hebben. Al snel komt het moment dat een van hen een goede grap maakt of joelend over de finale van Game of Thrones begint.

‘Haha, wat zei hij?’ vraagt de kennis naast je aan de persoon die aan zijn andere zij zit. Zijn rug keert langzaam naar je toe, maar je kunt het hem niet kwalijk nemen. Wat zou jij doen als je moest kiezen tussen het bezighouden van iemand die zo dom was om in de dooie hoek te gaan zitten en een lekker avondje lachen met de rest van het gezelschap?

In het begin probeer je nog aan te haken. Je steekt je hoofd om de rug van je kennis heen en blèrt een opmerking naar het midden toe: ‘Jon Snow is sowieso niet dood!’ Maar na een minuut of tien weet je dat je verloren hebt van de dode hoek.

De tijd die volgt verstrijkt traag. Je hoort flarden van grappen en lacht er schamper om terwijl je geen idee hebt wat de clou is. Uit verveling bedenk je alvast een cadeau voor je moeders verjaardag. Misschien een keer iets anders dan een boekenbon?

Na drie kwartier geef je je gewonnen en pak je je telefoon. Je schakelt tussen Instagram en Facebook en ziet foto’s van prachtige, onvergetelijke avonden van mensen die je goed en minder goed kent. Je beantwoordt een mailtje van een collega over een saai project waar jullie samen aan werken. Je kijkt nog een keer op Facebook en ziet dat een vriend die in het midden van de tafel zit net een foto heeft gepost. Ergens aan de rand van de foto, bijna onzichtbaar achter alle lachende mensen, zie je jezelf, kijkend op je telefoon. Je klikt op like.